Het is weliswaar nog geen voorjaar, maar de dagen worden gelukkig al langer. Die winterdip zit er bijna op. We kunnen ons al een beetje opmaken voor eventueel lenteweer. Alhoewel het spreekwoord; maart roert zijn staart, boekdelen spreekt. Een paar stormen kunnen ons nog wel verrassen. Voor de visserman zijn die stormen minder aantrekkelijk, zeker wanneer ze nog kunnen doorvissen.
Echter de vangsten zijn tijdens een storm altijd minder. Kleinere vaartuigen zoeken meestal snel de veiligheid van een haven op. De grotere vissersvaartuigen blijven doorgaans op zee en wachten beter weer af. Ook niet leuk voor de opvarenden, want Rond maart zijn sommige vissoorten nog lang niet hersteld van een winterse periode met weinig voedsel. Schol moet nog dik twee maanden aansterken. Tong is nu bezig zich voor te bereiden op de voortplanting en schar heeft zijn beste periode net achter de rug. Makreel is trouwens een vissoort die rond het begin van het jaar zijn optimale vetgehalte bereikt.
Rondom de Shetlandeilanden, de meest noordelijke eilanden van Schotland, vissen Ierse en Schotse trawlers fanatiek op makreel. Die levert dan een goede prijs op. Veel van die makreel is bestemd voor de rokerij, met name de grotere exemplaren. De Nederlandse trawlervloot pikt daar ook graag een graantje van mee. In de eerste drie maanden van het jaar vissen enkele Hollandse vriestrawlers, voor zover de vangstquota dat toelaten, zo af en toe in de buurt van de Shetlandeilanden op deze vette makreel. Die makreel trekt langs de Schotse en Ierse kust zuidwaarts, dus ook ten westen van Schotland en Ierland vangen ze in het eerste kwartaal van het jaar zo nu en dan mooie partijen vette makreel. Overigens is er meer uit makreel te halen dan louter roken.
In Katwijk en Scheveningen wordt nog wel eens een makreel in de folie gewikkeld, waarna die in de oven gaar gemaakt wordt. Min of meer ´gekookte´ makreel, maar dan in de oven gesmoord. Heerlijk om te eten. Je hoeft er niets aan toe te voegen, want makreel heeft een sterke eigen smaak. Bovendien ligt een vette makreel dan iets minder zwaar op de maag dan een gerookte. Overigens is dat ook geen juiste uitdrukking, want makreel is in Nederland doorgaans gestoomd, dat betekent ´heet gerookt´. Dus op ongeveer 60 tot 70 graden. In landen in Oost Europa wordt de makreel veelal koud gerookt, op ongeveer 28 tot 35 graden. Dat is echte gerookte makreel. Daar gebruiken ze de gerookte makreel om door een salade te mengen. Datzelfde doen ze ook met grove haring.
Op de foto is een Schotse trawler te zien die in het eerste kwartaal egelmatig op makreel vist. Het betreft hier een trawler uit het Schotse Fraserburgh die toevallig op bezoek was in Scheveningen. (foto W.M. den Heijer)