Bij een vis met vleugels denk je direct aan vliegende vissen, maar die komen in de Noordzee niet voor. Bovendien hebben vliegende vissen niet echt vleugels aan hun lijf. Rog daarentegen wel. Die bewegen zich zeer gracieus voort. Je kun dat bijvoorbeeld in het Sealife Centrum in Scheveningen goed zien als je boven het grote bassin staat. Roggen zijn kraakbeenvissen en voeden zich vooral met bodemdieren.
In de Noordzee wordt nauwelijks gericht op rog gevist. Slechts een kleine groep Britse kustvissers vist met lijnen zeer selectief op rog. In alle andere gevallen komt de rog als bijvangst in met name de boomkorvisserij terecht. De omvang van het bestand aan roggen is niet bijster groot en staat enigszins onder de druk. De belangrijkste oorzaak is het verlies aan opgroeigebieden door afdamming van zeegaten. De Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeegaten vormden vroeger belangrijke gebieden voor jonge rog om in op te groeien. Door afdamming zijn die allemaal verdwenen.
Tegen een sterke bevissing zijn roggen niet opgewassen door het geringe aantal jongen dat ze voortbrengen. Alle roggen, er zijn zo´n 36 soorten in de Middellandse Zee en de Atlantische Oceaan, leggen hun eieren in kenmerkende, hoornachtige kapsels die later vaak aanspoelen op strand. In Scheveningen verschijnen nu en dan partijtjes rog als bijvangst in de visafslag. Vanwege de onbekendheid bij de Nederlandse consument kan rog op weinig bijval rekenen en dat is bijzonder jammer. Rogvleugels zijn een lekkernij, zowel gestoofd als gebakken. In Engeland geniet de vis wat meer populariteit. Daar wordt ie in Fish & Chips winkels als skatewing (rogvleugel) verkocht.
Op de foto tonen twee medewerkers van de visafslag, Leen van Toor en Ron Dijkhuizen, een schitterende rog die in de zuidelijke Noordzee is gevangen. (foto W.M. den Heijer)